Het grote tegeltableau in de raadszaal van het voormalige gemeentehuis van Hoevelaken
Ger J.M. de Ree
In de raadszaal van het voormalige gemeentehuis van Hoevelaken bevindt zich aan de muur, grenzend aan de hal en trappenhuis, een groot opvallend tegeltableau uit de zestiger jaren van de 20ste eeuw.
Het tableau is aangebracht ter gelegenheid van de nieuwbouw van het gemeentehuis in 1954. De architectuur van het gemeentehuis zou je kunnen indelen bij de zogenaamde Delftse school (1920-1955). Kenmerken van deze bouwstijl zijn, dat men zoekt naar zekerheden, zoals het putten uit de Hollandse gouden eeuw en uit de klassieke Oudheid. Dit classicisme met zijn herkenbare hellende daken en gebruik van baksteen en natuursteen wordt in Nederland in de architectuur aangeduid als de Delftse School. Zij kwam namelijk tot ontwikkeling op de afdeling bouwkunde van de TH in Delft onder de leiding van prof. ir. M. J. Granpré Molière. In de vijftiger en zestiger jaren was het gebruikelijk om, vooral bij overheidsgebouwen, een geïntegreerd kunstwerk toe te passen in het nieuwe bouwproject. Dit kunstwerk kon zijn van glas of mozaïek, in reliëf, sgraffito of intarsia of een wandschildering of wandkleed. Natuurlijke materialen en een ambachtelijk karakter speelden een grote rol. Kunst uit Scandinavische landen was een grote inspiratiebron. Het thema voor een kunstwerk vonden kunstenaars toen vooral in de dierenriem, in de christelijke iconografie, in de verhalen uit de klassieke oudheid en in de natuur.
Het Hoevelakense tegeltableau uit 1955
Rond 1954 hebben de opdrachtgevers de Deventer kunstschilder Wilhelm (Willi) Zandvliet (1926-1984) gevraagd, ter gelegenheid van de nieuwbouw van het gemeentehuis, om een kunstwerk te maken. Zandvliet heeft zijn hele leven in Deventer gewoond en gewerkt: Hij was leerling aan de Academie ‘Kunstoefening’ te Arnhem en hij stond bekend als een monumentaal kunstenaar. Zandvliet was, zo lijkt het, niet voortgekomen uit een keramische traditie.
|
De keuze voor het kunstwerk werd echter toch een tegeltableau, afgeleverd in 1955. Voor dit 129-tegelig tableau maakte hij gebruik van simpele kant en klare crême kleurige tegels (15x15 cm) van de MOSA uit Maastricht. Deze tegels zijn eerst als tableau in een ‘vlekken’ vorm gesneden met een afmeting van 1.7 x 2.5 meter en vervolgens van een zwarte glazuurverf voorzien. Voordat de tegels opnieuw in de oven verglaasd zouden gaan worden is eerst de kunstenaar aan de slag gegaan om het decor in de nog niet verglaasde zwarte glazuurverf uit te krassen. Deze techniek wordt de sgraffito-techniek genoemd. Zandvliet heeft als thema gekozen de bezigheden van de Hoevelakense bevolking in de wederopbouwtijd van direct na de oorlog. Van links naar rechts zien wij afgebeeld een smid, een fruitschaal, een paar - vrouw met aren en man met zeis - , een korenschoof met zwaluwen, een haan, een koe met paarden, een haan, een zaaier, een ploeger met paard en een klompenmaker. Ons treft het eerlijke, eenvoudige geïdealiseerde leven uit die periode, zo krachtig neergezet met alle kenmerken van de geest van de zestiger jaren. Het tableau is in uitvoering te vergelijken met de indrukwekkende wandversiering, welke Nico Wijnberg later in 1965 bij de Porceleyne Fles maakte en welk is toegepast in de hal van het station van Delft. Nadat de tegels nogmaals verglaasd waren heeft Zandvliet de belangrijke détails in het tableau met goudverf verlevendigd. Daarmee kregen mens en dier in de Hoevelakense gemeenschap in figuurlijke zin een gouden toekomst. Dat tij lijkt te keren en het is te hopen dat, nu het tableau in de huidige plaats geen functie meer zal hebben, het vakkundig uitgenomen zal kunnen worden en deskundig bewaard zal worden als belangwekkend kunstobject uit de zestiger jaren. Een periode welke de komende decennia op meer en meer aandacht zal kunnen rekenen.
|